In een reactie op de stellingname van de meerderheid (CD&V/N-VA) en Open VLD plus, bevestigt Groen de noodzaak voor een efficiënt intermediar bestuur. Uittredend gemeenteraadslid Steven Verstuyft is kritisch voor de argumentatie van de meerderheid, die pleit voor een kleinere regio Vlaamse Ardennen. Verstruyft vraagt vooral tijd om hierover een debat te voeren.
Vorige week pleitten de Oosterzeelse meerderheidspartijen CD&V en N-VA er in een persmededeling voor om Oosterzele in te delen in een extra ‘regio Vlaamse Ardennen’, en niet in regio Zuid-Oost-Vlaanderen zoals is voorgesteld in nota van Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Bart Somers. Deze laatste wil Vlaanderen indelen in regio’s die de provincies zouden vervangen.
De Oosterzeelse liberalen van Open Vld Plus lieten in reactie hierop al hun ongenoegen blijken omdat opnieuw een beslissing is genomen zonder enig overleg binnen de gemeenteraad. Ook vanuit Groen willen we hieromtrent graag ons standpunt delen.
In een voorstel van bijzonder decreet door Groen Nationaal, is Groen voorstander van regio’s, ter vervanging van de huidige provincies. Er moeten de komende jaren en decennia belangrijke beslissingen genomen worden met betrekking tot een transitie naar een duurzame samenleving op het vlak van ruimtelijke ordening, mobiliteit, wonen en een sterke regionale samenwerking voor zorg en cultuur. Dit vraagt om een sterk, efficiënt en democratisch gecontroleerd intermediair bestuur, en maakt komaf met de verrommeling qua lokale en boven-lokale samenwerkingen van vandaag. Tevens staat Groen erop dat de regiowerking niet enkel een zaak is van de burgemeesters. Daarom volgen we de kritiek van Open Vld, dat in een gemeente waarvan de oppositie 50% van de bevolking Oosterzele vertegenwoordigt men dit tenminste zou moeten bespreken op de gemeenteraad. Een debat over zo’n belangrijke hervorming is in het belang van iedereen.
Eveneens gaat het voorstel om een vijfde regio te creëren in tegen de rationale van vereenvoudiging. De meerderheidspartijen geven aan dat hun advies een ‘out-of-the-box’ idee is. We verwelkomen altijd out-of-the-box-denken, maar graag als onderdeel van een politiek debat en niet als een solo keuze. Akkoord, het is geen voor de hand liggende kwestie maar eigengereid zelf met een nieuw voorstel op de proppen komen, getuigt eerder van een beslissingsangst.
Tevens holt de meerderheid in hun argumentatie steeds een andere mening achterna. Indien het landelijk karakter echt doorslaggevend is als visie en keuze willen we dat ook kunnen zien in al het andere beleid. Echter, Oosterzele heeft in de vorige legislaturen sneller verhard dan het Vlaamse gemiddelde en blijft ook deze kaart trekken in de huidige; denk onder andere aan de goedkeuring van bebouwing ondanks ongunstige of gedeeltelijk ongunstige adviezen van Vlaanderen of aan het RUP Meergezinswoningen dat al jaren beloofd wordt maar waar het gemeentebestuur geen werk van maakt. De idyllische beelden van bijvoorbeeld het mooie Landskouterse dorpszicht, zoals we die kunnen bewonderen op sociale media, zullen weldra misschien ontsierd worden door alweer een nieuwe bebouwing. We vinden het bovendien weinig overtuigend om te insinueren dat landelijkheid en toerisme niet zou kunnen samengaan met een grotere bestuurlijke regio. Het huidige provinciale bestuursniveau toont aan dat er ruimte en respect is voor diversiteit tussen gemeenten qua landschappelijk karakter en dat er voldoende afgestemd kan worden op lokale behoeften en mogelijkheden.
Vraag tijd voor politiek en publiek debat
We stellen echter wel vast dat de gemeenten vanuit Vlaanderen niet zoveel tijd hadden gekregen tot het geven van een advies. Er valt iets voor te zeggen om vanuit Oosterzele hiervoor meer tijd te vragen, zeker omdat onze gemeente grenst aan drie voorgestelde regio’s, met reeds overlappende intergemeentelijke samenwerkingen op gebied van afvalbeleid, politie, brandweer, cultuur, streekontwikkeling e.a. .
Er moeten veel vragen beantwoord worden, dus waarom niet de tijd vragen om nog een stap verder te gaan en een gedegen bevraging van de inwoners en/of adviesraden te organiseren? We zijn ervan overtuigd dat dit de herkenbaarheid en duidelijkheid van de nieuwe structuur voor inwoners ten goede zal komen.
