door Ulrik De Wachter
Op vrijdag 9 december wordt
het woordenboek van de Oosterzeelse dialecten officieel voorgesteld aan
het publiek. Dat gebeurt om 18u in de bibliotheek. Naar aanleiding van het
boek zal de gemeenteraad haar zitting van woensdag 14 december voeren in
het lokaal dialect.
Vier jaar geleden vroeg schepen van cultuur Paul Cottenie aan Professor
taalkunde Johan
Taeldeman om te werken aan een Oosterzeels dialectenboek. Taeldeman is
afkomstig van Maldegem maar woont thans in Balegem en verbleef ook een
tijdje in Landskouter. Hij is sinds 2004 met pensioen of, zoals men dat zo
mooi zegt van professoren, met
emiritaat.
Het gebruik van het dialect gaat snel achteruit, vandaar het initiatief om
dit “immaterieel erfgoed” vast te leggen. In eerste instantie werd er met
senioren gepraat, maar dit werkte niet vlot genoeg. Een nieuwe methode
bestond erin om per deelgemeente werkgroepen op te richten.
Per deelgemeente (6) was er
een centrale medewerker die op zijn beurt met 5 tot 7 medewerkers
vergaderde. Men zocht naar ouderen die het dialect nog spreken en geboren
en getogen zijn in de gemeente. In totaal hebben zo’n 56 medewerkers
bijgedragen tot het woordenboek. Voor Landskouter waren dit Antoine en
Gaby Heyerick, Danny De Bosscher, Simonne Govaert, Erna Tondeleir en Noel
Minnaert. Noel vertegenwoordigde Scheldewindeke omdat hij van daar
afkomstig is maar vergaderde mee met de groep uit Landskouter.
Water pompen in een peirdemande
Er werd gewerkt met vragenlijsten over bepaalde domeinen. Zo werd de
concepten van het leven doorlopen: geboorte, jeugd, school, leger, vrijen,
trouwen, zwanger, ziekte, dood. Telkens met de bedoeling om hierover zo
veel mogelijk woorden en uitdrukkingen in het dialect te verzamelen.
Water pompen in een peirdemande bijvoorbeeld betekent... onbegonnen
werk.
Het boek zelf situeert de Oosterzeelse dialecten in het Vlaams
dialectenlandschap. Binnen Oosterzele zijn er uiteraard lokale
verschillen, in woordenschat en uitspraak. Vaak vond men een breuklijn
tussen de noordelijke deelgemeenten Gijzenzele, Landskouter en Moortsele
tegenover de zuidelijke Scheldewindeke, Oosterzele en Balegem. Er wordt
ook aandacht besteed aan de spelling (hoe spel je dialect?) en aan de
spraakkunst.
Maar het belangrijkste van het boek zijn uiteraard de lijst van zo’n 5.000
woorden die alfabetisch gerangschikt staan. Per woord vindt men zo het
trefwoord in dialect, uitleg over de spraak, de zin (bvb. 'schetsend'),
een betekenisomschrijving, zinnen waarin het woord gebruikt wordt en waar
mogelijk ook de etymologie (toelichting bij de herkomst van het woord). In
het boek staan ook foto's en tekeningen om sommige betekenissen te
ondersteunen.
|
|
Schepen
Cottenie (vooraan links) met Professor Taeldeman, vertegenwoordigers van de
plaatselijke werkgroepen, diensthoofd cultuur David De Landsheere en de
erfgoedcoördinatoren van Viersprong Land van Rode
De bedoeling van het boek is om het dialect een
positiever imago te geven. Het heeft ook een volkskundige en historische
waarde omdat het een zekere leefwereld omschrijft.
Noel Minnaert bevestigde dat de samenkomsten
plezierig waren. Veel woorden uit het verre verleden kwamen naar boven. Het
was ook interessant om verhalen over volksfiguren te vertellen, zoals de
klokkenluider van Scheldewindeke of de koster van Landskouter. Noel heeft
ook de woordfiches helpen nakijken. Die werden dan op het einde van het
project door de medewerkers van de
Erfgoedcel Viersprong Land van
Rode en vrijwilligers van de
bibliotheek ingegeven in de computer.
cover van het woordenboek
Inwoners kregen de kans om vooraf in te tekenen
op het woordenboek, dat een oplage kent van 1000 exemplaren. Vanaf 9
december kan u het kopen in de bibliotheek of online via de website van de
Erfgoedcel voor €17,50.
Ook na de publicatie van het woordenboek zal
Oosterzele beroep doen op de plaatselijke werkgroepen, voor het helpen
vastleggen van erfgoed. Meer details worden op 9 december bekendgemaakt.
|